Skip to main content
Log in

Wat is vitaliteit en hoe is het te meten?

Kerndimensies van vitaliteit en de Nederlandse Vitaliteitsmeter

  • Wetenschappelijke artikelen
  • Published:
Tijdschrift voor gezondheidswetenschappen Aims and scope

Samenvatting

Achtergrond

Beleidmakers, professionals en onderzoekers spreken steeds vaker over vitaliteit als een aan gezondheid gerelateerd begrip. Er bestaan verschillende omschrijvingen van vitaliteit en een geschikt instrument om vitaliteit te meten ontbreekt. Om het beeld over vitaliteit aan te scherpen is gewerkt aan een eenduidige omschrijving en een bijbehorend meetinstrument (de Vita-16) ontwikkeld.

Methode

Vitaliteit is omschreven op basis van (wetenschappelijke) literatuur en de kennis en ervaring van experts. De ontwikkeling van een meetinstrument (de Vita-16) bestond uit vier stappen: na het samenstellen van een ‘pool’ items op basis van literatuur (stap 1) zijn de items gereduceerd na een Delphi studie onder beleidmakers, professionals en onderzoekers (stap 2) en samengevoegd tot één vragenlijst. Deze is in een pilotstudie (stap 3) getest op kenmerken zoals begrijpelijkheid en plafondeffect. De conceptvragenlijst is afgenomen bij 1300 volwassen Nederlanders voor reductie van items, en testen van de structurele en construct validiteit (stap 4: validatiestudie).

Resultaten

In het begrip ‘vitaliteit’ zijn drie kerndimensies te onderscheiden: ‘Energie’, ‘Motivatie’ en ‘Veerkracht’. Energie wordt gekenmerkt door zich energiek voelen, motivatie door doelen stellen in het leven en moeite doen om deze te behalen, en veerkracht door het vermogen om met de dagelijkse problemen en uitdagingen van het leven om te gaan. Het resultaat van stap 1 was een pool van 151 items, waaruit overlappende items (n=38) en items die determinanten van vitaliteit meten (n=59) werden verwijderd. De resterende 54-itemslijst werd in de Delphi ronde gereduceerd tot 33 items. In de validatiestudie bleef een 16-item vragenmodule (de Vita-16) over die de drie kerndimensies van vitaliteit meet en die betrouwbaar (α:0,89-0,95) bleek en (afhankelijk van het criterium) een redelijk tot goede validiteit vertoonde.

Conclusie

Het begrip vitaliteit is te omschrijven met drie kerndimensies die valide meetbaar zijn in de volwassen bevolking met een 16-item vragenmodule (de Vita-16).

Abstract

What is vitality and how can it be measured? The core dimensions of vitality and the Dutch Vitality Questionnaire

Background Policymakers, professionals and researchers increasingly use vitality as a health-related concept. Although there are various definitions of vitality, consensus is lacking, just as instruments measuring it. Therefore, TNO and RIVM started a study aiming to describe vitality and developed an instrument (the Vita-16) to measure vitality among the Dutch adult population. Method Vitality was described based on (scientific) literature and expert opinions. Subsequently, the measurement instrument (the Vita-16) was developed. Step 1 involved selecting items from existing questionnaire measuring vitality. During step 2, policymakers, professionals and researchers scored these items on relevance. Based on consensus rules relevant items were selected and combined into a concept vitality questionnaire, which was pilot tested (step 3) to gain insight into comprehensiveness and ceiling effects. During step 4 (validation study), the concept vitality questionnaire was online tested among 1300 Dutch. Items were reduced based on collected data and the final questionnaire was validated by verifying the structural and construct validity. Results Vitality consists of three core dimensions, namely: Energy, Motivation and Resilience in which energy is characterized by feeling energized and full of pep, motivation by setting goals in life and putting effort into achieving these goals, and resiliency by the ability to cope with daily life problems and challenges. The distinction between vitality, determinants and outcomes has led to a conceptual model of vitality. The three core dimensions can be measured using a 16-item questionnaire, which appeared to be reliable (a:0.89-0.95) and has showed good validity. Conclusion The concept of vitality is differentiated in three core dimensions, which can be measured in the Dutch adult population using a validated 16-item questionnaire (the Vita-16).

This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.

Access this article

Price excludes VAT (USA)
Tax calculation will be finalised during checkout.

Instant access to the full article PDF.

Institutional subscriptions

Figuur 1
Figuur 2

Notes

    1. a

      Het doel van de digitale Delphi studie was om consensus te verkrijgen over welke items het meest relevant zijn voor het meten van vitaliteit. Er werden vier regels gevolgd om consensus te bereiken over de belangrijkste indicatoren per dimensie. Hierbij is het aantal keer dat een item ‘behoorlijk’ (score 4) of ‘heel erg relevant’ gescoord is (score 5) bij elkaar opgeteld en verrekend tot een percentage. Op basis van deze percentages zijn de volgende consensusregels opgesteld:

      1. 1

        Als minder dan 50% van de Delphi experts een indicator als relevant scoren, dan wordt deze niet geïncludeerd.

      2. 2

        Als 70% of meer een indicator als relevant scoort dan is er consensus over de relevantie van deze indicator en wordt daarom geïncludeerd in de validatiestudie.

      3. 3

        Als 50 tot en met 69% van de deelnemers een indicator als relevant scoren is er geen duidelijke consensus (Borderline).

      4. 4

        Voor alle borderline gescoorde items (50-69%) wordt de uitkomst van prioritering bekeken. Hierbij is aan de respondenten gevraagd of zij per dimensie uit de lijst met items een top 5 van meest belangrijke items kunnen aangegeven. Stel een indicator is borderline relevant (50-69%) dan kan besloten worden deze toch te includeren als deze wel hoog geprioriteerd is (dat wil zeggen: in de top 5 staat).

  1. Een plafondeffect is tegen gegaan door aanpassing van de antwoordcategorieën van: 1=nooit, 2=bijna nooit, 3=af en toe, 4=regelmatig, 5=meestal en 6=altijd, naar: 1=zelden, 2=soms, 3=af en toe, 4=regelmatig, 5=meestal, 6=bijna altijd en 7=altijd

  2. Dit werd alleen gemeten bij werkende respondenten (n=1213).

Literatuur

  1. Koelen M, Wagemakers A, Verkooijen K et al. Passie voor Gezondheid! Tijdschr Gezondheidswet 2013;91:12–9.

    Article  Google Scholar 

  2. Oostrom SH van, Picavet HSJ, Gelder BM van et al. Het vóórkomen van multimorbiditeit en comorbiditeit in de Nederlandse bevolking. Analyses van de LINH. Ned Tijdschr Geneeskd 2011;155:A319–3.

    Google Scholar 

  3. Smith R. The end of disease and the beginning of health. BMJ Group Blogs 2008.

  4. Larson JS. The conceptualization of health. Med Care Res Rev 999;56;123–36.

  5. Huber M, Knottnerus JA, Green L et al. How should we define health? BMJ 2011;26:34–3.

    Google Scholar 

  6. Strijk JE. The (cost-)effectiveness of a lifestyle intervention in order to improve older workers' vitality. The Vital@Work study. Proefschrift, Amsterdam: Vrije Universiteit, 2012

    Google Scholar 

  7. Westendorp RGJ, Mulder B, van der Does AJW, van der Ouderaa FJG. When vitality meets longevity. In: Wellbeing in later life: A complete reference guide. New York: John Wiley & Sons 2014.

    Google Scholar 

  8. Schaufeli WB, Bakker AB. Bevlogenheid: een begrip gemeten. Gedrag en Organisatie 2004;17:90–112.

    Google Scholar 

  9. Ware JE. Jr, Sherbourne CD. The MOS 36-item short-form health survey (SF-36). I. Conceptual framework and item selection. Medl Care 1992;30:473–83.

    Article  Google Scholar 

  10. Zee KI van der, Sandermann R. Het meten van de algemene gezondheidstoestand met de RAND-36: een handleiding. Groningen: Rijksuniversiteit Groningen, 1993.

    Google Scholar 

  11. Ryan RM, Frederick C. On energy, personality, and health: subjective vitality as a dynamic reflection of well-being. J Personal 1997;65:529–65.

    Article  CAS  Google Scholar 

  12. Vet HCW de, Terwee CB, Mokkink LB, Knol DL. Measurement in medicine. Cambridge: Cambridge University Press; 2011.

    Book  Google Scholar 

  13. Mokkink LB, Terwee CB, Patrick DL et al. The COSMIN study reached international consensus on taxonomy, terminology, and definitions of measurement properties for health-related patient-reported outcomes. J Clin Epidem 2010;63:737–45.

    Article  Google Scholar 

  14. Koopmans L, Bernaards CM, Hildebrandt VH, Vet HCW de, Beek AJ van der. Construct Validity of the Individual Work Performance Questionnaire.J Occup Environ Med 2014;56:331–7.

    Article  PubMed  Google Scholar 

  15. Strijk JE, Proper KI, Beek AJ van der, Mechelen W van. The Vital@Work Study. The systematic development of a lifestyle intervention to improve older workers' vitality and the design of a randomised controlled trial evaluating this intervention. BMC Public Health2009;9:40–8.

    Article  Google Scholar 

  16. Vuuren T van. Vitaliteitsmanagement: je hoeft niet ziek te zijn om beter te worden! Oratierede. Heerlen: Open Universiteit, 2011.

    Google Scholar 

  17. Deci EL, Ryan RM. Intrinsic motivation and self-determination in human behaviour. New York: Springer; 1985

    Book  Google Scholar 

  18. Ryan RM, Deci EL. Intrinsic and Extrinsic Motivations: Classic Definitions and New Directions. Contemp Educ Psychol 2000;25:54–67.

    Article  PubMed  Google Scholar 

  19. Ryan RM, Deci EL. Self-determination theory and the facilitation of intrinsic motivation, social development, and well-being. Am Psychol 2000;55:68–78.

    Article  CAS  PubMed  Google Scholar 

  20. Deci EL, Ryan RM. Handbook of Self-determination Research. Rochester: Rochester University Press, 2002

    Google Scholar 

  21. Maslow AH. A theory of human motivation. Psychological Review 1943;50:370–396.

    Article  Google Scholar 

  22. Alderfelder CP. An empirical test of a new theory of human needs. Organ Behav Human Perform 1969;4:14–2.

    Google Scholar 

  23. Dyer JG, Minton McGuinness T. Resilience: analysis of the concept. Arch Psychiatr Nursing 1996;5:276–82.

    Article  Google Scholar 

  24. Lyubomirsky S. The how of happiness: A practical guide to getting the life you want. London: Sphere, 2007.

    Google Scholar 

  25. Windle G. What is resilience? A review and concept analysis. Rev Clin Geront 2011;21:152–69.

    Article  Google Scholar 

  26. DiCorcia JA, Tronick E. Quotidian resilience: exploring mechanisms that drive resilience from a perspective of everyday stress and coping. Neurosci Biobehav Rev2011;35:1593–1602.

    Article  Google Scholar 

  27. Eijk JM van, Bouter LM. Construct- en criteriumvaliditeit. Huisarts Wet 1995;38:1–0.

    Google Scholar 

  28. RAND Health: 36-Item Short Form Survey from the RAND Medical Outcomes Study. Bezocht 22 augustus 2013. http://www.rand.org.

  29. Penninx BW, Guralnik JM, Bandeen-Roche K et al. The protective effect of emotional vitality on adverse health outcomes in disabled older women. J Am Geriatr Soc 2000;48:1359–66.

    CAS  PubMed  Google Scholar 

  30. Ryan RM, Bernstein JH. Character strengths and virtues: A handbook and classification. New York: Oxford University Press, 2004.

    Google Scholar 

  31. Smith SJ, Lloyd RJ. Promoting vitality in health and physical education. Qual Health Res 2006;16:249–67.

    Article  PubMed  Google Scholar 

  32. Barbic SP, Bartlett SJ, Mayo NE. Emotional vitality: concept of importance for rehabilitation. Arch Phys Med Rehabilit 2013;94:1547–54.

    Article  Google Scholar 

  33. Stam MJ. Vitaliteit is te meten. Movemens 2006(sept)8–20.

  34. Kubzansky LD, Thurston RC. Emotional vitality and incident coronary heart disease: Benefits of healthy psychological functioning. Arch Gen Psychiatry 2007;64:1393–1401.

    Article  PubMed  Google Scholar 

  35. Wijlhuizen E. Vitaliteitmanagement en de rol van de preventiemedewerker. Preventie 2007(sept)12–3.

  36. Medical Delta, programma vitaliteit. Grijs in niet zwart wit. Ambities van 55+. Leiden: Leyden Academy on Vitality and Ageing / Trendbox 2013(mei)19–24.

Download references

Author information

Authors and Affiliations

Authors

Corresponding author

Correspondence to J.E. Strijk.

Rights and permissions

Reprints and permissions

About this article

Check for updates. Verify currency and authenticity via CrossMark

Cite this article

Strijk, J., Wendel-Vos, G., Picavet, H. et al. Wat is vitaliteit en hoe is het te meten?. Tijds. gezondheids.wetenschappen 93, 32–40 (2015). https://doi.org/10.1007/s12508-015-0013-y

Download citation

  • Published:

  • Issue Date:

  • DOI: https://doi.org/10.1007/s12508-015-0013-y

Trefwoorden:

Keywords:

Navigation